Jaargang 35 nummer 6

Voorpagina

Door: Gerhard Smeenk


Voorwoord

Door: Jaap Boon

RONDJE ALLERLEI

Regelmatig doe ik graag een zig zag rondje aan deze kant van de “Rügediek” en vooral als dat fietsend of lopend gebeurt (ja natuurlijk ook wel es zacchies met de auto), is het een film van ALLERLEI totaal verschillende dingen die de aandacht krijgen.

Een paar keer kievit pulletjes die onder streng toezicht van de ouwelui  rondscharrelden vond ik schitterend, vooral omdat het toch een beetje ook mijn kindjes zijn. Pardon ? Nou kijk ik doe  nestbescherming bij boeren, dat wil zeggen stokkies met een vlaggetjes  voor de nesten zetten, dan wordt er omheen gewerkt. Of ze lang veilig rond huppelen ??,  zeker is dat de eitjes niet in struif zijn gegaan door machines, of ontbijt zijn geweest voor vogels of andere dieren, maar sowieso uitgebroed zijn. Genieten van de bovenste plank.

Over die boerenmachines gesproken, je kunt de enorme strontkarren die de mest enden weg jassen of de enorme tankers die de smurrie met lange inktvisarmen de grond inspuiten niet missen. Dan dwaalt mijn geest  wel es naar de tijd dat ik als opgeschoten knaap vaak bij mijn oom op Lou Christie hielp en ellebogenstoom hoogtij vierde. Eerste bedrijf was ’s winters de koeienstront uit de groep in de kruiwagen scheppen, en die keihard kreunend over een schuin oplopende plank douwen om op de mesthoop te kiepen. Ach die paar bruine spetters stelden niks voor. In het voorjaar dagenlang met de mestvork de vaalt slechten en op de wagen -met 2 pk ervoor-  gooien. Met een sukkelgangetje over het land gaand mocht je dan de vracht met diezelfde vork over het land verspreiden.

En aan heel andere vernieuwingen geen gebrek. Vierde je nog eens een knoertgezellig familiefeest in de knusse “kampeerschuur” van “Princehagen”, nu staat er een rijtje sjiek de friemel appartementen voor gasten, die het vast ook naar hun zin zullen hebben.

Over het Hanenpad lopend zie je weken van grond verzetten, waterplassen en duintjes aanleggen om de baan te “upgraden”. En het doorleefde  “clubhuis-horeca-omkleed-opslag“  gebouwtje  zie je met een klein duwtje in mekaar vallen en vervangen worden door een bijdetijdse accommodatie met prachtig weids uitzicht over de baan en omgeving.

Wat er nog meer opvalt, nou ik kan je zo’n rondje aanraden, ga ervan genieten. 


Onze boeren

Door: Marga Boudewijns

Interview met Dirk Boon en Mascha van de Geest (beiden 50 jaar) van boerderij De Duinen, Vuurtorenweg 107

Dirk en Mascha in de nieuwe kaasmakerij

Eenmaal aangekomen op de boerderij wordt je begroet door Mascha en een stelletje gezellige huishonden, als Dirk binnen stapt komen daar ook nog een aantal schaapshonden bij. Kortom, dierenliefhebbers. Op het eerste gezicht zie je een woonhuis en een kaaswinkel en een aantal schuren. Op het erf vinden veel activiteiten plaats. Dirk houdt schapen, 250 stuks, Mascha maakt en verkoopt kaas gemaakt van melk van hun eigen koeien, dit is dus ook een echte kaasboerderij, ze verhuren 4 huisjes en hebben een boeren- oftewel minicamping met 12 staanplaatsen voor tenten, campers of caravans. Ook hier komt de dierenliefhebberij weer om de hoek, bij de vraag waarom gasten hier boeken staat naast de afstand tot het strand (5 minuten) op hun website ook vermeld dat je hond gezellig mee mag. De huisjes maken ze meestal zelf schoon, in het hoogseizoen wordt er af en toe wel een schoonmaakdienst ingeschakeld. Op de dag van dit interview, 20 april zat de boerencamping vol.

Kun je wat vertellen over het werk op de boerderij?

De grote drukte is vooral in de zomer en dan met name met betrekking tot de kaasmakerij, het staan op markten en braderieën, de boerencamping en de huisjesverhuur. In de zomer geven de koeien de meeste melk en dus wordt er dan het meest kaas gemaakt. Het kaas maken kwam er eigenlijk een beetje vanzelf bij. Mascha kreeg jaren geleden van Dirk twee kalfjes en dat is uitgebreid tot 15 koeien op dit moment. Hoe meer koeien er kwamen hoe meer melkoverschot en dat was het moment dat Mascha bedacht kaas te gaan maken. Ze heeft ooit stage gelopen bij een boer die kaas maakte, dat was haar enige ervaring. Voorheen teelden zij ook nog bloembollen maar de prijzen werden slechter en dat is helemaal gestopt, er is geen akkerbouw op dit bedrijf. Om het maken van de kaas en het werk een beetje te sturen laten zij de stier tegelijk bij alle koeien zodat de koeien ook ongeveer tegelijkertijd kalveren. Vanaf de kerst staan de koeien dan 2 maanden droog (ze worden dan niet gemolken dus word er ook geen kaas gemaakt). Als je de koeien droog zet, in de laatste 2 maanden van de dracht, maken ze biest aan en dat is dan de voedzame melk voor de kalfjes die in maart geboren worden. Dirk is nu degene die het meest op markten en braderieën staat omdat Mascha in de ochtend tot een uur of 12 kaas maakt en die markten beginnen rond 10, 11 uur. Tot nu toe was ze in het hoogseizoen 3 a 4 maanden iedere dag aan het kaas maken. In de rustige maanden maakt ze 3x per week kaas. In een heel jaar maakt ze 9 a 10 maanden kaas. Daar gaat wel verandering in komen want de nieuwe kaasmakerij is zo goed als klaar. Ze heeft dan een grotere tobbe en meer plek.

Impressie van de nieuwe kaasmakerij
De kaaswinkel

Hebben jullie altijd op deze boerderij gewoond?

Er wonen veel Bonen op de Vuurtorenweg, maar dat is geen familie. Dirks vader komt uit het Noorden en Dirks moeder komt van Labora af. De Bonen die in het Noorden wonen zijn wel familie van Dirk. De boerderij is 50 a 60 jaar geleden gekocht door Dirks vader. Het is geen echte historische boerderij, meer een boerderij woning. Dirk en Mascha denken dat de boerderij vroeger Levensvreugd of Levensvreugde heette.

Boerderij de Duinen

De boerderij beslaat 9 hectare grond, voornamelijk grasland voor de koeien en ze pachten een aantal dijken voor de 250 schapen. Dirk heeft altijd op deze boerderij gewoond hij was de jongste thuis verder waren er nog 4 zussen en een broer en hij was de enige die door wilde op het bedrijf. Voor hen was het een bloembollenbedrijf met wat vee. Dirk en Mascha zijn dit jaar 27 jaar getrouwd en hebben 4 kinderen in de leeftijd van bijna 25 tot bijna 18 jaar. De kinderen hebben nog geen aspiraties om hun ouders op te volgen op het bedrijf. Dat kan nog komen maar als ze iets anders willen is dat ook prima. Mascha komt uit Lopik en heeft ook familie in Zeist. Zij komt niet van een boerderij. Ze was met haar ouders en vriendinnen regelmatig op vakantie op de Robbenjager. Lekker dichtbij zegt Dirk. Ze hebben elkaar ontmoet op een dansavond in het Eitje zoals die er vroeger waren. Mascha studeerde toen aan de Landbouwschool. Ze wilde doorgaan voor veearts maar dan moest ze nog zo lang door studeren dat ze er mee opgehouden is.


Doen jullie aan natuurbeheer of biologisch boeren?

Voor het grasland gebruiken zij bijna geen kunstmest en een minimum aan gewas beschermingsmiddelen. Van verzilting van het grasland is geen sprake omdat zij dichtbij de duinen zitten. Als je als boer bij de dijken zit, heb je daar meer last van. De koeien staan zodra het mooi weer is op het gras, daarnaast krijgen de dieren kuilgras en brokken. De koeien hebben een open stal met strooisel waardoor ze er overal kunnen liggen. Het kaasmaak proces is een heel natuurlijk proces, Mascha voegt niets toe, stremsel en karnemelk als zuursel en dat is het. De kaasmakerij is niet biologisch volgens de letter der wet want dan moet er voldaan worden aan allerlei eisen en administratieve handelingen bovendien ziet Mascha de meerwaarde van bepaalde toevoegingen niet. Als de kaas nu een keer niet goed lukt, gaat die naar de kippen.

Hebben jullie hobbies?
Beiden vinden varen leuk. Ze hebben een boot en een trailer. Helaas komt het er vaak niet van door de drukte in de zomer. In het eerste Corona jaar hebben ze veel gevaren want tsja, toen was er tijd… Ze varen lekker dichtbij op de Waddenzee. Mascha heeft een groentetuin, ook daar heeft ze echter te weinig tijd voor door de drukte in de zomer. Zaaien lukt prima en dan onkruid verwijderen, maar dat is vervolgens moeilijk bij te houden, toch heeft ze er wel plezier in en valt er ook nog wel wat te oogsten.
Voor meer informatie zie: www.boerderijdeduinen.nl


Staat te kiek/stond te kiek

Door: Anneke en Leo Saal

Staat te Kiek: Een beetje beschadigde foto: wie zijn dit? Oplossingen kunnen naar rugediek@hotmail.com.

Stond te Kiek: Nel Boon v/d. Beek(links)en Marie van Heerwaarden v/d. Beek.

De familie van der Beek zijn geëmigreerd naar Argentinië, maar konden daar niet aarden en zijn weer terug naar Nederland gekomen. Hebben toen een korte periode nog even op een boerderij gewoond in de Hoeksewaard. Na een sollicitatie als zetboer voor de Fam. Jochems naar Texel verhuisd in 1940. Op de boerderij “Labora” aan de Hollandseweg hebben ze hun jeugd door gebracht. Marie heeft nu een rustig bestaan aan de Molenlaan nr. 16.

Chiel de Graaf antwoorde dit binnen een uur. 

Vuurtoren

Door: Lisette Bonne

De Vuurtoren wordt jaarlijks meer dan honderdduizend keer bezocht! Hoeveel daarvan zouden Texelaars en/of Durpers zijn? Ik heb geen flauw idee, maar ik denk niet heel veel.
Toch brengt de Vuurtoren een stukje geschiedenis mee, die je eigenlijk toch echt eens ‘’beleefd’’ moet hebben. Zelf beklom ik een aantal jaren geleden voor het eerst de Vuurtoren. Je moet wel een redelijke conditie hebben want 118 treden is best pittig!

Ik neem jullie graag even mee in de geschiedenis van de Vuurtoren van Texel; halverwege de 19e eeuw:


Al heel lang klaagde gezagvoerders van schepen over een donker gat en gebrek aan een kustlicht tussen Den Helder en Vlieland. Het zeegebied nabij Eierland was een zeer gevaarlijke plaats voor passerende schepen. In eerste instantie werd en een kustlicht geplaatst nabij de Koog, maar door de vele scheepsrampen bleek dit weinig bevredigend.
Van 1848 tot 1860 waren er op de Texelse kust maar liefst 72 schepen vergaan. Notaris Kikkert pleitte daardoor voor een Vuurtoren op de noordpunt van Texel. Op 14 januari 1863 werd bij koninklijk besluit bepaald dat er een Vuurtoren zou worden gebouwd: Een ronde stenen toren van 30 meter hoog. De Vuurtoren kreeg het eerste draailicht in Nederland. Dit draailicht draaide één keer per 8 minuten rond.

De tweede wereld oorlog verliep op Texel relatief rustig, maar het staartje van de Oorlog bracht toch een groot onheil. De Georgiërs (krijgsgevangenen die min of meer gedwongen werden om aan de Duitse zijde mee te vechten) konden onmogelijk terugkeren naar hun vaderland. Ze kwamen daarom in ‘’opstand’’ tegen hun wapenbroeders. De Duitsers haalden versterking en dreven de Georgiërs naar de noordpunt van Texel waar ze hun toevlucht zochten in de Vuurtoren. De Vuurtoren werd onder vuur genomen en daardoor zwaar beschadigd. De Georgiërs maar ook de Texelse bevolking moesten het ontgelden. Er zijn maar liefst 117 Texelaars, ongeveer 500 Georgiërs en minstens 600 Duitsers omgekomen op Texel.

Er werden plannen gemaakt om de Vuurtoren te herstellen. Er is een nieuwe mantel van beton omheen gekomen welke is afgewerkt met een gemetselde laag van bakstenen. Je loopt nu ‘’tussen de muren’’ in naar boven.

Een bezoek aan de Vuurtoren in zeker de moeite waard, onder ander omdat de Vuurtoren van Texel nog 1 van de 8 bestaande ronde bakstenen torens is in Nederland, de originele optiek en lichtbron nog aanwezig zijn en omdat de authentieke elementen van het interieur en exterieur nog aanwezig zijn.
En wat dacht je van het unieke uitzicht? Daarnaast heb je met de Texelse museumpas zelfs gratis toegang. Natuurlijk zijn er nog veel meer redenen om de Vuurtoren toch zeker 1x in je leven bezocht te hebben. Mocht je dat nog niet gedaan hebben: Wat let je?


Klein avontuur

Door: Karla van Rooijen – van der Meulen

Er komen twee jongetjes een nachtje bij me slapen.
Dat is heel spannend.
Het is heel spannend voor hen en het is ook heel spannend voor mij.

We kennen elkaar al een beetje, zelfs al best goed, want ze zijn al een aantal keren een middag geweest.
Ze komen dan spelen en dan blijven ze ook eten.
Ik heb allerlei speelgoed voor hen klaar staan: blokken in soorten en maten, balspelletjes en minigereedschap voor buiten, knutselspullen, verkleedkleren en natuurlijk ook knuffels en poppen.
Tot mijn verrassing spelen deze toch echt wel stoere jongens het liefst en het leukst met de poppen.
Ze spelen ook graag met de lege hondenmand die ik alleen maar heb voor de hond van mijn dochter zodat als zij een paar dagen van mij en Texel komt genieten, ook een lekker plekje voor haar trouwe viervoeter heeft.
Officieel spelen de jongens om de beurt voor hond. Degene die voor hond speelt moet dan vooral veel slapen en braaf zijn. Heel af en toe kan de hond op een brokje rekenen.
Er wordt veel gecommandeerd en opgevoed.
Goed gedrag vinden de jongens erg belangrijk, zo blijkt uit hun spel.
In de praktijk speelt de jongste het vaakst voor hond.
De oudste weet natuurlijk ook het beste hoe alles moet en hoort.
Hoewel hij dat ook heel zeker weet, vindt hij het toch ook heel erg belangrijk om dat regelmatig nog even mee te delen.

Een middag is zo voorbij.
Zeker als we alle speelgoed gaan uitproberen, in de tuin gaan werken, verstoppertje gaan doen en ook nog een taartje of koekjes gaan bakken.
Het eten, wat altijd begint met een p…….patat, pizza, pannenkoek…..enfin dat wat kinderen lekker vinden want ik wil toch wel graag dat ze smullen……vraagt ook tijd en aandacht.
Wanneer we alle gedaan hebben wat we wilden doen en we onze buiken vol en rond hebben gegeten, worden de jongens alweer door hun moeder opgehaald.
Met iets om thuis te trakteren en wat lekkers voor onderweg, na veel zwaaien en handkusjes, gaan de jongens dan weer terug naar hun leven thuis.

Deze keer wordt het anders.
De jongens zullen deze keer ook blijven slapen.
Ze blijven slapen zonder moeder of vader, zonder broers en zussen….
Dat hebben ze nog nooit eerder gedaan.
Ze blijven niet alleen voor het eerst bij mij slapen en het is ook de eerste keer dat ze zonder hun familie ergens slapen.
Dat is natuurlijk reuze spannend. Zou het ze lukken? Zouden ze in een vreemd bed, met ander licht, andere geluiden en andere luchtjes in slaap kunnen komen? Zouden ze mamma en pappa en ook broers en zussen niet te erg gaan missen?
De oudste, die weet hoe het zit en hoe het hoort heeft een eerlijke kijk op de situatie:
Het is natuurlijk heel spannend en eng, maar toch zal het vast wel lukken.
De jongste is vooral bij voorbaat overtuigd van het succes.

Voor moeder is het ook spannend.
Bij het brengen rijdt ze het huis pardoes voorbij, maar gelukkig waarschuwt de oudste haar en zo komen ze toch stipt op de afgesproken tijd bij mij aan.
Ze rennen het erf op en zetten hun rugzakken, waar hun naam op staat, netjes naast elkaar in de gang. Dan rennen ze naar de schuur en gaan ze luidkeels discussiërend over wie het eerst mag, op de grasmaaier zitten. Ik ren achter ze aan en haal snel het sleuteltje uit het contact, want je weet het maar nooit met deze bij-de-handte-bengels!
Snel wissel ik nog wat informatie uit met moeder.
Ik vind het ook spannend en ik denk dat het belangrijk is dat ik zo veel als mogelijk is aansluit bij de regels en gewoonten van thuis. Moeder bindt mij op het hart om de jongens op tijd naar bed te doen.
De jongens zijn al zo in de band van hun grasmaaierspel, dat ze bijna geen tijd hebben voor een
afscheidsknuffel. Dat is natuurlijk een beetje sneu voor moeder, dat snappen ze toch ook wel en dus maken ze er even tijd voor om dan weer haastige terug te rennen, want wie het snelst is, zit het eerst op de maaier. Het gaat er fel aan toe……moet ik ingrijpen?
Ik probeer ze te verleiden met appelsap en een koekje, maar dat gaat niet zonder slag of stoot en dan moet ik toch even optreden, want ik wil natuurlijk niet dat hun woeste geruk aan het stuur en hun greep naar de hendels de machine stuk zal maken. Soms kun je gewoon even niet aardig of meegaand zijn.
Onder het drinken vertellen de jongens hoe het hoort op vrijdag.
Op vrijdag wordt er patat gegeten ( …komt goed uit, had ik ook op het menu staan….) en ’s avond is het dan tijd voor chips en cola ….de jongste moet om zeven uur naar bed en de oudste om half acht, maar hij is deze keer bereid om wat eerder te gaan want hij wil graag bij zijn broertje slapen en dan is het gezelliger, maar het is dan niet de bedoeling dat hij scheetjes laat….het mag niet te donker zijn en ook niet te licht…..en tot slot:
We hadden de vorige keer afgesproken dat we naar de Krim zouden gaan.

We zijn naar de Krim gegaan. De jongens hebben vol bewondering naar de vissen gekeken, alle glijbanen uitgeprobeerd en meegedaan met voetballen. Aardige kinderen daar die zelf keihard konden schieten, maar die toch ook een beetje rekening hielden met mijn “kleine”(…laat ze het niet horen) jongens……Toen natuurlijk naar onze eigen PLUS. Afgesproken dat ze bij mij moesten blijven lopen. Deden ze keurig. De jongens vonden het een mooie winkel en zagen allerlei mooie en goede dingen die ze wel in het karretje wilden gooien. Maar we hoefden alleen broodjes, wasmiddel en natuurlijk chips en cola, want dat hoort immers op vrijdag.

We gingen terug naar huis. De jongens gingen de plantjes en zichzelf water geven ….heel veel water…..en daarna meteen maar hun pyjama’s aandoen. Ze zochten een lekker bed uit en hadden het idee dat ze wel ouderwets konden slapen in één bed: de een met het hoofd aan de ene kant en de andere met het hoofd aan de andere kant. Daar kwamen dan per jongetje vier knuffels bij.
Ik vond het heel gezellig verzonnen, maar toch niet een echt goed idee……..beter de twee bedden naast elkaar en dan ieder in een eigen bed. De knuffels werden gauw voorzien van een nieuw lekker bedje. Ik had ondertussen de patat klaar gemaakt.
We konden meteen aan tafel en toen we na een tijdje uitgegeten waren bleek het allang bedtijd te zijn. Ook al was het vrijdag, we zaten echt te vol voor chips en cola en daarom besloten we om dat dan voor de volgende dag te bewaren.

De jongens kruipen ieder in hun eigen bed met hun eigen vier knuffels.

Ze doen hun uiterste best om zich netjes aan de regels te houden. Niet meer praten, ogen dicht en vooral….heel erg belangrijk…..geen scheetjes laten…..
En juist dat laatste lukt de jongste niet.
En de oudste kan dat niet verdragen.
Hij wordt boos en begint met zijn kussen te smijten en dat kan de jongste natuurlijk niet op zich laten zitten en dan breekt er een waar gevecht uit.
De jongens raken toch nog overstuur en dat helpt niet als je wilt slapen.
Gelukkig heb ik nog een kamer met een bed. Ik stel voor om toch maar wegens geluids- en stankoverlast ieder in een eigen kamer te gaan slapen. Gelukkig vinden ze dat een goed idee.
Na nog wat muggen te hebben verjaagd en ook nog een klein lichtje te hebben gemaakt hoor ik rond negen uur alleen nog maar zacht tevreden gesnurk.

Ik slaap die nacht waakzaam en een beetje onrustig. Het zou toch heel zielig zijn als een van de jongens, of zelfs allebei, wakker worden en zich bang en eenzaam voelen.
Maar het was niet nodig om me daar zorgen over te maken.
Ze sliepen beiden tot de volgende ochtend acht uur.
We hadden een heerlijk ontbijt met eitjes van eigen kippen en beschuit met aardbeien van de PLUS.
Toen we nog een mooie Moederdag tekening hadden gemaakt, een Moederdag taart hadden gebakken en een Moederdag cadeau hadden ingepakt, kwam moeder hen alweer ophalen.
Nog een keer samen verstoppertje doen…..de jongste achter de lakens aan de drooglijn, zich niet realiserend dat zijn benen waren te zien……..en dan weer bepakt en bezakt terug naar huis.
Alweer niet toegekomen aan chips en cola……….best moeilijk om je aan de regels te houden…..dat dus maar mee naar huis genomen.

Dit avontuur is tot stand gekomen door het contact met Texelgezinnen, een Texels initiatief van Cyntha Stiekema en Bianca Polderman.

Ook zin in een avontuur?
Kijk op www.texelgezinnen.nl naar de mogelijkheden.


Feestcommissie

Door: Ankie, Esther en Olga

Het waren een paar drukke weken, qua organisatie en planning , maar het was de voorpret voor ons als Feestcommissie allemaal waard geweest!!

Wat een gezelligheid en creativiteit eerst op Palmzondag.

Er waren heel veel kindertjes bijeen gekomen in het Eierlandse Huis om de Palm Paas tak te versieren. Er lag van alles op de tafels klaar, en de mooiste creaties kwamen daarna naar buiten. Er was ook gelegenheid om je te laten schminken. Daar werd ook gretig gebruik van gemaakt. Als echte grimeurs vertoonden Sterre en Anja kun kunsten. Geholpen door Paashaas Sterre.  Toen iedereen klaar was met versieren werden wij allemaal onder begeleiding van wel 3  Paashazen naar de verstopte eitjes gebracht, deze hadden de Paashazen verstopt op het Keidelplein en de Buijsstraat  Iedereen kreeg een mandje en moest een aantal eitjes zoeken, daarna  kregen de kindertjes een heerlijke chocolade haas mee naar huis. Het was een mooie dag, veel kindertjes en blije gezichtjes.

Koningsdag!!

Nou dat beloofde wat met de vooraankondiging van de kleedjes markt..!! Dit was zeker al een klein succes te noemen. Er waren best al veel kleedjes met spulletjes en er werd leuk verkocht …

 Wij gaan dit zeker voor volgend jaar weer op de agenda zetten. Daar kunnen jullie zeker van zijn.



Kale ruimte

Door: Jaap Boon

Begin 1854 startte ene Jacob List op deze plaats in het dorp “LOGEMENT DE HOOP” en met de nodige aanpassingen van het gebouw en naam in de loop der tijd is dit steeds een horeca etablissement gebleven totdat het onder de naam “Bij Joost “ op 11 januari 2022 door brand volledig werd verwoest.


Jacob Janz List begon in Logement “De Hoop” (gebouwd met één dakkapel) dat niet slechts logement was, maar ook als postkantoor fungeerde en List was naast kastelein ook brievengaarder. Hij bleef hier tot aan zijn dood wonen, waarna het bedrijf wordt voortgezet door zijn dochter Martje, die getrouwd was met de markante Durper Jacob Buijs. Deze was al schipper van de postvlet naar Vlieland (replica t.o. RK Kerk) alsook van de reddingboot en nu dus ook kastelein. Met de reddingboot verrichte hij meerdere indrukwekkende reddingen en vanzelfsprekend werden in het logement meermaals drenkelingen opgevangen.
Ook begonnen er langzamerhand wat meer toeristen, handelsreizigers te komen en kreeg het ook een rol voor sociale activiteiten. Een -zeker ook voor het dorpsaanzicht – indukwekkende verbouwing zorgde er o.a. voor, dat de ene dakkapel werd aangevuld met nog eens drie, zodat het gebouw al die jaren een karaktistiek aanzicht kreeg.

Op deze foto links Jacob Buijs, kleindochter, dochter en zoon Jacob

Jacob en Martje kregen tien kinderen, waaronder drie meiden. Alle jongens kregen een eigen bedrijf, zoals het postkantoor dat zoon Jacob voortzette in “Maris Stella” en bovendien schipper van de postvlet werd. Zoon Aai begon de bakkerij – nu Pangkoekehuus -) en de dochters Betje, Leentje en Fijtje zetten het horecabedrijf voort. Doordat ze alle drie vrijgezel waren (en bleven} waren ze in de volksmond alras de drie sneetjes of de zes billetjes. Na het overlijden van Elisabeth (Betje) Buijs werd de zaak verkocht aan ene W. Hovenier, van wie weinig bekend is, en slechts enkele jaren “De Hoop” runde.
Deze ondernemer werd opgevolgd J. van der Kooi, die ook niet vies van moderniseren was en door het hele pand – de gastenkamers incluis- electriciteit werd aangelegd en jawel op iedere kamer de lampetkan met pensioen ging en werd ingeruild werd voor een wasbak met ( natuurlijk wel brrrrr koud stromend water ! De benaming Logement werd vervangen door Hotel !!

Vanaf het begin vonden ook andere -sociale- activiteiten plaats ( zie krantenknipsels) en dat werd langzamerhand steeds uitgebreid.

Zo hield de notaris er spreekuur, de (mannen) Soos en de Plattelandsvrouwen hadden er hun club avonden en met Ouwe Sunderklaas ging het meeste meubilair naar elders. Kortom “De Hoop” was een kloppende sociaal hart aan deze kant van de Rügediek”.


Jarenlang was er zeker ook een bijzonderheid; de altijd druk bezochte optredens van dorpsdichter H. Braam – die tevens politicus in Den Haag was – en vooral zomers onder grote belangstelling op het terras zijn voordrachten en redenaties hield.

De familie Kikkert (mevr. Kikkerts-Perenboom)  nam het roer over en speelde in op het toch langzamerhand verminderen van sociale activiteiten door veranderende behoeftes en gewoontes.  Ook een rol speelde, dat enkele gebeurtenissen zich verplaatsten naar  de andere Dorper horeca lokaliteit  “De Aanleg”.                                                                              

De familie legde zich meer toe op het gestaag groeiende toerisme, dus hotel functie. Een van de overkant ingevlogen onderwijzeres Wil Neuteboom (later getrouwd met ome Job Kikkert van de winkel)  verbleef ook in haar begin periode enige tijd in het hotel. (parallel met een huidige situatie in de “De Aanleg”) Befaamd was “De Hoop” jarenlang bij de heren jagers, die regelmatig in het kielzog van De Baron ….. naar Eierland kwamen.  Het durpie (zo’n 50 huisjes) glom dan van de dikke Amerikaanse sleeën. Na gedane arbeid samen met de drijvers een happie en vooral sappie nuttigen; zondermeer steeds een spraakmakende gebeurtenis.                                                                                                               

In 1953  emigreerden de Kikkerts naar Canada.  

In de volgende Achter de Rügediek is deel 2 van dit verhaal te lezen.


Alzheimer Café Texel

Dinsdag 31 mei 2022

DEMENTIE EN HERINNERINGEN
We doen het allemaal: terugdenken aan gebeurtenissen uit het verleden. Bij mensen met een haperend brein zijn herinneringen een rijke bron om uit te putten en een oneindige hoeveelheid stof tot gesprek. Soms kunnen er ook nare of angstige herinneringen naar boven komen, bijvoorbeeld aan de oorlog of jeugdtrauma’s. Door dementie zijn deze herinneringen niet goed te plaatsen. ‘Hoe komt dat? Hoe kan de directe omgeving hierop reageren en steun bieden? Hoe ga je om met het dilemma meegaan in de beleving of niet? Waar doe je goed aan? Wat is wijsheid?’
Pascalle de Graauw-Schmitz, gezondheidswetenschapper en casemanager dementie geeft uitleg.

PROGRAMMA dinsdag 31 mei 2022

19.15 uurInloop met koffie en muziek verzorgd door Francien Dijt en Gerrit Terpstra
19.30 uurThema Dementie en herinneringen
20.30 uur Café met een hapje en een drankje
21.30 uurEindtijd

Namens Geriant aanwezig: Reinalda Slagter, casemanager dementie werkgebied Texel.

Toegang gratis. aanmelden is NIET nodig.

Waar? In DE BUURETON, Beatrixlaan 43 te Den Burg. Voor meer informatie: Reinalda Slagter, r.slagter@geriant.nl, Liesbeth Rijk, e.rijk@zorgring.nl, 06 22811573 of Texels Welzijn, tel. 312696




Durper jeugd

Door: Lisette Bonne

Een mini vervolg op mijn eigen jeugdige leven in de Cocksdorp: De Meierblis: Wat een fantastisch moment om lekker samen te zijn, een fikkie te stoken, een biertje te drinken en ontzettend veel lol te hebben met elkaar. De regels waren toen nog was losser, en ondanks dat het waarschijnlijk niet toegestaan was, belandde er van alles op dat vuur. Een ‘’hoogtepunt’’ die ik mij nog goed herinner was in eerst instantie een dieptepunt:
We hadden blikken knakworsten gekocht, die hadden toen blijkbaar nog niet allemaal zo’n lusje waarmee de blikken open kunt trekken, of het was het goedkoopste van het goedkoopste (erg waarschijnlijk). We hadden niets om deze blikken open te krijgen, dus uit frustratie gooiden we deze in het vuur. Verdomme, niets warms te eten dus. Ineens begon er iets te sissen, en jawel, daar sprong het deksel van het blik. We konden deze met stokken uit het vuur pakken en zo hadden we toch nog die lekkere goedkope, zure, knakworsten! Ik denk dat dit al zo’n 18 jaar geleden is. Zo zie je maar dat de kleine dingen het hem vaak doen.

Omdat ik zelf de jeugdige leeftijd schijnbaar al een tijdje voorbij ben, maar wel graag wil weten wat de jeugd zoal bezig houdt zoek ik maandelijks contact met jeugdige Durpers. Deze keer sprak ik met Emily Westdorp over het leven in en rondom de Cocksdorp. Zij maakte zelf een verslag welke hieronder te lezen is.

‘’Mijn naam is Emily Westdorp, 26 jaar oud. Ik ben er ien van Hans Westdorp en Ankie Hooijschuur. Ik ben opgegroeid aan de Slufterweg 2, midden in de polder naast de Sluftertrap. Ik heb nog een broertje, Timo, die is 2 jaar jonger dan ik ben. Wij hebben een hele leuke en fijne opvoeding gehad, een prachtig gebied om naast te wonen, altijd veel familie over de vloer. Het bedrijf van mijn ouders, De Muy Bungalowverhuur was/is gevestigd aan het woonhuis, waardoor mijn ouders eigenlijk altijd beiden thuis waren. Dat heb ik als zeer prettig ervaren.

Ik heb de eerste twee jaren van mijn basisschooltijd op de Strijbosschool doorgebracht in Midden-Eierland. Toen de school dreigde te sluiten, ben ik dat ik begon met groep 3 naar Durperhonk gegaan. Daar begon voor mij ook echt het dorpse leven. Vriendinnetjes en vriendjes uit De Cocksdorp. Het was een hecht dorp, ouders en kinderen waren altijd erg met elkaar. Er werd veel georganiseerd, zoals natuurlijk Palmpasen en Sinterklaas, maar ook Ouwe Sunder was bij de kinderen echt volle bak. Elk jaar was het echt een traditie dat de ouders met een groepje kinderen bij elkaar gingen zitten om weer een leuk stukje te bedenken. Hier heb ik goede herinneringen aan. Ook waren de sporten die in De Cocksdorp gegeven werden nog druk bezocht, ik zat op gymles en op tennisles. Dat vond ik altijd erg leuk om te doen, waarbij het jaarlijkse SVC-kamp toch ook één van de hoogtepunten was. Ook de kinderdisco’s in het Eierlandsche Huis kan ik me nog goed herinneren, altijd één groot feest!

Ik was eigenlijk altijd veel met vriendjes en vriendinnetjes aan het spelen, of zij bij mij thuis. Toch vond ik het als kind wel stom dat ik niet in het dorp woonde. Dat leek me nou zo leuk, dat je ‘s avonds ook nog buiten kon spelen in de zomer, hier in de polder was dat toch niet echt aan de orde, daar waren weinig tot geen andere kinderen.

Gelukkig waren er ook regelmatig logeerpartijtjes, dus dan kon ik weer lekker in het dorp spelen.
Sinte Maarten liep ik altijd in Eierland en in De Cocksdorp, dus dat was dubbel snoep! 🙂

Dat ik op de OSG zat, kreeg ik ook vriendinnen uit andere dorpen, maar een aantal meiden zoals Souwie Wessels en Willemijn Boon zijn eigenlijk altijd gebleven. Zo kwam ik eigenlijk over het hele eiland. Mijn bijbaantje was in de Koog en toendertijd dat ik begon met uitgaan op 15/16 was dat ook in De Koog en in Den Burg. Mijn leven speelde zich toen wel een beetje af op andere plekken op Texel. Daarna ben ik gaan studeren in Amsterdam en kwam ik Chris Boersen uiteindelijk tegen, met wie ik ben gaan samenwonen een aantal jaar geleden in Den Burg. Ik ging toen bij de Gemeente Texel werken.

En nu ben ik na zoveel jaar weer terug sinds kort op mijn geboortegrond, Slufterweg 2. Chris en ik gaan het bedrijf van mijn ouders overnemen en daar hebben we onwijs veel zin in! Samen met onze dochter van 4 en zoon van 1 en baby (nog) op komst, wonen we weer in mijn ouderlijk huis.
Dat is ook wel de voornaamste reden dat we terug zijn gegaan naar de omgeving van De Cocksdorp, al vinden we de omgeving ook heerlijk om te wonen, de natuur en het strand vlakbij.

Zoals ik nu wel naar De Cocksdorp kijk vind ik dat de tijden wel veranderd zijn. In de tijd dat ik op de basisschool zat waren naar mijn gevoel de ouders en kinderen veel hechter met elkaar, en waren er altijd veel kinderen bij de verschillende activiteiten en sporten te vinden. Dat zal voor een deel ook te maken hebben dat wij echt uit een babyboomgeneratie kwamen, dat is nu in de laatste jaren natuurlijk wat minder geworden.
De sportvereniging is minder dan dat het was, maar wat ik zelf wel heel positief vind is de Jeugdclub en de komst van de Feestcommissie. Ook het bedrijfsleven in De Cocksdorp doet zijn uiterste best om er wat moois van te blijven maken. Zelf heb ik binnen het dorp nog niet echt een activiteit gevonden, maar mijn leven is op dit moment ook erg druk met het bedrijf en mijn gezin. Wie weet in de toekomst! Misschien voor Achter de Rugediek? 😉

Of ik in De Cocksdorp zou willen blijven wonen, vind ik een lastige vraag om te beantwoorden. Door het bedrijf zeg ik absoluut ja, en verder denk ik dat ik iemand ben die zich gauw aanpast in de nieuwe omgeving. Gelukkig ken ik nog een heleboel mensen uit het durrep en is het leuk om deze contacten weer wat te doen herleven. Een ander dorp heb ik niet per se een voorkeur in. Van Texel afgaan? Nee dat zeker niet! Het is een voorrecht dat ik hier mag wonen en dat mijn kinderen hier mogen opgroeien.

Slechte herinneringen uit mijn kindertijd in De Cocksdorp heb ik niet,; het was een prachtige tijd om als kind te mogen opgroeien en een hechte gemeenschap wat ik toen der tijd, ook achteraf, erg gewaardeerd heb!‘’


VVN

Door: Jaap Boon


Hulp gevraagd!

Het gaat goed met Achter de Rügediek, er komen steeds meer foto’s binnen en ook steeds meer tekst. Daarom willen we graag wat meer hulp hebben met het maken van de krant. Ben je handig met foto’s inscannen en verbeteren, met Microsoft Word of met de software WordPress geef je dan op bij mij zodat de krant nog mooier kan worden. Namens de redactie van Achter de Rügediek, Melle Boudewijns (melle@smts.nl).



Heri Hodie

Het zonnetje lacht, de lucht is blauw: tennissers kom maar gauw. De lente is aanwezig en dus komen ook de tennissers weer uit hun schulp. Het is de laatste paar weken behoorlijk druk op de baan en het wordt alleen maar drukker.

De heren en dames zijn halverwege hun competitie. Mooie wedstrijden worden er zowel op het eiland als op het vaste land gespeeld. Het is ook leuk om te zien dat de gezelligheid van voor COVID weer terug is. Zowel op de baan als er naast.

De lessen staan tijdens dit schrijven ook op het punt van beginnen. Zowel onze jongste leden als de volwassenen gaan samen met onze trainer Robbert-Jan Kleingeld de baan op om de service, smash en return tot in perfectie te beheersen. De glimlach van die kinderen na het raken van de bal daar doen we het uiteindelijk allemaal voor.

De club organiseert daarnaast de komende periode de nodige activiteiten om de mensen met elkaar weer op de baan te krijgen. Een paar belangrijke data daarin zijn:

  • 22 Mei                 Ouderkindtoernooi
  • 12 Juni                 Dubbeltoernooi

Laten we er met elkaar een mooi tennisseizoen van maken. En voor de mensen die nog twijfelen, tennis is de mooiste sport die er is!

Namens het bestuur van Tennisclub Heri Hodie

Martijn van der Linde
Voorzitter


Introductie LOMT

Door: Lisette Bonne

Zoals jullie in voorgaande maanden gezien hebben zoek ik ook elke maand naar iets aan activiteiten of bezienswaardigheden in ons eigen dorp. Dit keer neem ik jullie een klein beetje mee naar het Luchtvaart en Oorlogsmuseum (LOMT).

In januari had ik al contact met Maarten Mulder van het Luchtvaart en Oorlogsmuseum. Omdat deze in april de deuren weer geopend hebben neem ik hem deze keer mee in Achter de Rugediek.
 
Ik heb geen idee of dit museum bij de Durper jeugd bekend is. Bij de wat oudere jeugd denk het eigenlijk wel, want in mijn tijd zijn we er wel eens met de basisschool geweest. Of dat nog steeds gebeurd weet ik niet, mijn kinderen zijn er bijvoorbeeld met school nooit geweest. Mijn oudste zoon is wel geïnteresseerd in de oorlog, maar wist bijvoorbeeld niet eens dat het Luchtvaart en Oorlogsmuseum op Texel bestond. Ik vraag mij daarom af of het genoeg leeft onder de jeugd, en die vraag moet eigenlijk niet nodig wezen.

Het Luchtvaart en Oorlogsmuseum Texel richt zich namelijk op de geschiedenis van de luchtvaart en op de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog voor Texel. Fascinerende onderwerpen, waarover veel meer te vertellen is dan je in eerste instantie zou denken. Een stukje geschiedenis dus, waar eigenlijk elke Texelaar iets over zou moeten weten en zou moeten kunnen vertellen. Zo ook onze jeugd, want zij hebben immers de toekomst.

Wisten jullie bijvoorbeeld dat Texel een hechte band heeft met de luchtvaart?
De historie van Texel International Airport gaat terug tot 1937, toen in polder Eierland vliegveld De Vlijt werd geopend. De aanleg was te danken aan de KLM, die ons eiland als een mooie uitbreiding van het binnenlandse luchtnetwerk zag.
Vlak voor de tweede wereldoorlog kreeg de Vlijt voor een deel een andere bestemming en vond ook de militaire luchtafdeling er plaats.
In 1941 werden er jachtvliegtuigen gestationeerd en werd het terrein uitgebreid met verharde startbanen. Toen de Duitsers in het defensief werden gedwongen, maakten ze het vliegveld onklaar. De Geallieerden konden er nu niet meer landen. Na de bevrijding duurde het tot 1953 voordat de Vlijt weer voldoende hersteld was om weer in gebruik te kunnen nemen. 

In het Luchtvaart en Oorlogsmuseum Texel is een grote maquette van De Vlijt te zien die de situatie van kort voor de Tweede Wereldoorlog weergeeft. Daarnaast wordt de geschiedenis van het vliegveld in beeld gebracht met foto’s, modellen en uiteenlopende voorwerpen. Zeker de moeite waard om eens een bezoekje te brengen dus.

Naast de luchtvaartafdeling hebben zij een uitgebreide afdeling over Texel in oorlogstijd met veel aandacht voor de opstand van de Georgiërs. Texel was redelijk de oorlog doorgekomen. Tot 5 april 1945. Toen besloten de Georgiërs in opstand te komen met veel doden tot gevolg. Niet alleen Duitse en Georgische soldaten waren slachtoffer. Er zijn gedurende de opstand meer dan 100 Texelaars gedood!

Texelaars en museumvrijwilligers Bram van Dijk en Jan Nieuwenhuis houden zich al sinds 1985 bezig met de opsporing van nabestaanden en vliegtuigen. Met succes. Veel families brachten een bezoek aan het eiland en sinds de oprichting in 1996 ook aan het Luchtvaart en Oorlogsmuseum Texel. Het museum beschikt over nogal wat persoonlijke spullen, gedoneerd door familieleden, zoals diverse decoraties en een uniform van een omgekomen vliegenier.

Ook hebben zij sinds een paar jaar de bunker tegenover het museum in eigendom. In de bunker kan men een 3D audiotour meemaken welke gaat over de Russenoorlog. De laatste veldslag van de Tweede Wereldoorlog in Europa, die op Texel werd uitgevochten en zelfs tot weken na de officiële bevrijding voortduurde.

Absoluut de moeite waard om een bezoekje te brengen! Het museum heeft een hele leuke gids te koop vol achtergrond informatie over de luchtvaart op ‘’de Vlijt’’ en verhalen over Texel in oorlogstijd en de opstand der Georgiërs. Er is eigenlijk niets meer wat je tegen zou kunnen houden want met de Texelse museumpas heb je nog gratis toegang ook! Ook groepen van Texelse scholen mogen hier voor niets in.


LOMT

Door: Ben Gieze

Zonder geluk vaart niemand wel

In 1974 is een gedenkboek uitgegeven ter gelegenheid van de 20e reünie van Oud Soesterbergers geschreven door hen die het beleefden (zo staat het  op de titelpagina). Eén van de verhalen betreft een vliegtocht naar de “Waddeneilanden”, aan het papier toevertrouwd door de bekende militair vlieger van het eerste uur Willem Versteegh. De titel van zijn verhaal: “Zonder geluk vaart niemand wel”. 

Versteegh had in het buitenland leren vliegen en was één van de eerste vliegeniers van de L.V.A. (Luchtvaartafdeling) van het leger. In oktober 1913 kreeg de L.V.A. na de gehuurde Brik van Van Meel zijn eerste eigen vliegtuigen, drie Henry Farman’s type H.F.20 met de registraties L.A.2, L.A.3 en L.A.4. Vliegtuigen en vliegen was nog vrij onbekend in Nederland en daarom werden er als een soort vlagvertoon veel overlandvluchtjes gemaakt.

Farman HF-20 (replica) LA-2 Luchtvaart Afdeling

Cursief hieronder stukken uit het verhaal van Versteegh.

Het was op een mooie vroege morgen in maart of april 1914 dat ik in de hangar mijn opwachting maakte bij het mij toebedeelde vliegtuig de H.F. no. 3 (L.A.3, red.)…….

Daar de Farman een tweezitter was, kreeg ik –zolang de Brik van Van Meel nog in reparatie was- de Lt. Roeper Bosch (bijgenaamd de Roepert) bij mij ingedeeld als mijn trouwe passagier-waarnemer…

Aangelokt door het mooie weer zat Roeper Bosch al in de hangar te niksen, in afwachting van de mogelijke plannen. Op mijn vraag:”Roepert, wat zou je er van denken om eens om de Noord te gaan en de Waddeneilanden te bezoeken?” vond hij ook dit een goed idee, dus kreeg Boevink (chef van degrondploeg, red.) de order: “zet de kist maar buiten, we gaan naar de Wadden”. Dat was alles….

Onze aankleedpartij was maar summier. De leren jas – symbool van  de vlieger – hadden we al aan. Noordelijk deel van de stafkaart, een stukje touw om, in het toestel gezeten, de kaart op de linker dij te binden, valhelm opgezet en klaar was Kees…..

Over wiel, voor langsligger ondervleugel stapten we in het voor de vleugel uitstekende schuitje op onze plaatsen, roeren gecontroleerd, kaart vastgebonden, 3 cm brede riem met de bierflessluiting vastgemaakt.

Inmiddels was de mecanicien onder de staartbuizen doorgekropen, had de benzinekraan opengezet, de motor door middel van de schroef enkele malen rondgedraaid en de motor op de cilinder met compressie gezet. En dan als ook Roeper klaar was, riep ik: Voor vrij, contact. Na wat morrelen met de schroef volgde zijn: Contact. En na mijn herhaling: Contact, werd door mij tevens de hoofdschakelaar naar beneden gedrukt en met een fikse ruk aan de schroef kwam de rotatiemotor al of niet tot leven.

Ditmaal ging het vlot en na de start zaten we zo vrij als vogels in de lucht en volgden  s’Heeren wegen op weg naar Den Helder……….

Vanaf 400 à 500 M. was het uitzicht geweldig, half Nederland was te overzien en na passeren van Amsterdam zagen we de hele kop van Noord-Holland…..

Onze vlucht verliep zonder wanklank. We naderden Den Helder, dat we allang hadden zien liggen. Boven het Marsdiep begon de regelmatig lopende motor in toeren te minderen. Roeper Bosch controleerde de benzinekraan, stond open, evenzo het gasmanette. Door bij te prikken (de neus omlaag drukken, red.) verloor ik wel hoogte, maar behield vliegsnelheid. Ik keek schichtig achterom, geen schijn van kans Den Helder met droge voeten te bereiken. Texel zéér de vraag, want het toerental liep te veel terug. Maar zonder geluk vaart niemand wel. Tamelijk vlak bij ons zagen we een mooie zandbank, de Onrust (Onrust was een zandbank met duinvorming tussen Texel en Den Helder, red.) De landing verliep vlot en daar zaten we dan, weliswaar hoog en droog, maar met de puzzle, wat heeft in ‘s hemelsnaam de motor toch bezield.

Het bleek dat ijsvorming in de carburateur de oorzaak was van het slechte lopen van de motor. Men kende dit fenomeen toen nog helemaal niet! Terwijl ze stonden te wachten tot het ijs weer verdween, kwamen er volgens het verhaal twee jutters aanrennen die het vliegtuig als buit claimden.

Ik antwoordde: ”Dat zou je wel willen, want wij zijn er ook nog. Bovendien, wat zou je er aan hebben?” Ach man”, repliceerde hij, “binnen 20 minuten komt de vloed en dan gaat alles kopje onder en jullie ook”.” Nou ik weet het goed gemaakt. Als jullie ons helpen het toestel bij proefdraaien tegen te houden, dan zal ik zorgen, dat chaque de man een riks krijgt, als we terug zijn in Soesterberg”. “Accoord”.

De jutters hielpen bij de start, die goed verliep, doch de mannen besloten verder de wadden de wadden te laten en zetten weer koers naar huis. De administrateur kreeg opdracht twee maal een rijksdaalder over te maken, doch vergat dit. Uiteindelijk heeft Versteegh dit zelf via de post geregeld.

De Texelse Courant  heeft kort aandacht besteed aan het gebeurde. Dan blijkt dat de noodlanding plaats vond op donderdag 18 december 1913 i.p.v. maart-april 1914. Ook de krant zat er gedeeltelijk naast voor wat betreft de registratie van het vliegtuig (niet A.L.3 maar L.A.3) en de rang van de tweede inzittende (geen soldaat maar een luitenant). Volgens de krant gingen ze na de noodlanding  eerst nog naar Scheveningen om te tanken, doch het verslag van Versteegh rept hier niet over.

Bronnen:

*de wieg van NEERLANDS LUCHTVAART heeft in SOESTERBERG gestaan – dit is een gedenkboek, uitgegeven ter gelegenheid van de 20e reünie van Oud-Soesterbergers 7 juli 1974. Geschreven door hen die het beleefden 1912-1940.

*TC 21-12-1913

*kaartje Texel met Onrust uit: de Convexe Kustboog, schrijver Henk Schoorl

*foto replica Farman van internet


Graven achter de Rügediek

Door: Chiel de Graaf

De familie De Graaf in Eierland deel 2
In de vorige (eerste) aflevering kwamen onze familie-oudste en zijn nazaten vanuit het Duitse Ladenburg via Horn in Limburg en Melissant in Zuid-Holland naar Texel waarna Michiel besloot om daar te werken aan de inpoldering van Eierland in de hoop zo boer te kunnen worden. Hier het vervolg.

Zo omstreeks 1835 en 1836 waren de polderjongens (putjongens) in Eierland druk bezig om dijken te leggen en sloten te graven om het oprukkende water tegen te houden en het nog aanwezige water te kunnen afvoeren. Wanneer Michiel ook een polderjongen is geweest dan zal hij stellig uitgezocht hebben hoe hij zelf met een boerenbedrijf kon beginnen wanneer de polder eenmaal ingedijkt was en de boerderijen gebouwd werden. Hij is als knecht begonnen bij C.Kievit op ‘De Oorsprong’. Er stonden toen nog maar 3 boerderijen op Eierland, dat waren ‘Dorpzicht’, ‘De Oorsprong’ en “De Kwelders’, het tegenwoordige ‘Padang’.”De Oorsprong”schijnt ook nog Samarang te hebben geheetten volgens het boerderijenboek.
Michiel schijnt ook op de ‘Johanneshoeve’ te hebben gewoond. Deze hoeve staat op hetzelfde perceel als ‘De Oorsprong’ het is dus best mogelijk dat ‘Johanneshoeve’ erbij gehoord heeft.
Michiel heeft ongeveer 10 jaar heeft doorgebracht op ‘De Oorsprong’ en ‘Bertushoeve’ samen.
Omstreeks 1849 heeft Michiel Bouwlust gehuurd, een boerderij die in 1840 was gebouwd door de Sociëteit Eierland. Bij de verdeling in 1841 kwam deze boerderij in bezit van beleggers-combinatie C ,waarin notaris J.L.Kikkert van Texel deelnemer was. Wat nu het oude woonhuis is was toen de hele gebouw. Op hetzelfde perceel stond toen nog een boerderij die heette Den Burg. Die stond waar later Hannes de Graaf aan de Krimweg zijn bedrijf had, het naambord heeft nog jaren op een paal aan de heining gespijkerd gezeten. De schuur van Den Burg is later afgebroken en bij Bouwlust herbouwd, bij de herbouw daarvan is tijdens een flinke storm het halve dak naar beneden gekomen, de schuur was kennelijk niet in al te beste staat. Bij het weer opbouwen heeft men de schuur vergroot, het was aanvankelijk één vierkant en dat zijn er toen twee geworden.
De schuur werd tegen het woonhuis aangebouwd.
In 1857 had Michiel als huurder op Bouwlust 3 paarden,3 koeien en een kalf. Het land van Bouwlust besloeg toendertijd ruim 100 ha en dat bestreek het hele gebied tussen wat nu de Krimweg is en de Postweg. Ook waar nu het Molenbos is hoorde bij Bouwlust. Veel van dat land was toen nog niet ontgonnen en het achterste deel was duinachtig. In 1875 werd voor f.1300,- een groot stuk land verkocht aan de R.K.Kerk van De Cocksdorp waarop de kerk werd gebouwd.
Het gezin van Michiel Anthoniesz. de Graaf{1816-1902) en Petronella Martinusse (1817-1893) bestond uit Anthonie(1836-1922), Johanna (1839-1907,geh.met Bosland) Martinus (1841-1878) Jacoba (1844-1928,De Bruin) Geertruida (1846-1870,Van Kooten) Johannes (1848-1903) Wilhelmina (1851-1935,Bakelaar) Guurtje (1853-1926,C.Bakker) Anna (1855-1933,Nic.Gomes) Petronella (1858-1859) en weer Petronella(1862-1952,Broekkamp).
Het is in die tijd dat Michiels oudste zoon Antonie gaat emigreren naar Amerika, hij is in februari 1861 getrouwd met Marretje Kok uit Enkhuizen. Ze hebben nog korte tijd in Den Helder gewoond en zijn daarna vertrokken. Ook de familie Bosland emigreert naar Amerika Een jongere zus van Antonie, Wilhelmina, roepnaam Mina krijgt kennis aan Marinus Bakelaar en ook zij emigreren wat later naar Amerika. Later komen ze terug en trouwen alsnog netjes in de kerk op Texel, gelijk met Johannes ,haar broer, die met Naantje Bakker trouwt. Het is dan 1873.
Marinus en Mina bouwen in die tijd van sloopresten een huisje naast Bouwlust dat later bekend wordt als Moessies huus of later gewoon het huisje van Bouwlust.

Het huisje van Bouwlust

Er worden daar twee dochters en een zoon geboren, Neeltje in 1873,Michiel in 1875 en Maria in 1878. Ze kunnen waarschijnlijk toch niet meer aarden in Eierland en gaan later toch weer terug naar Amerika en daar worden nog 4 kinderen geboren.
Het huisje wordt later bewoond door Michiel jr. een kleinzoon van Michiel sr.
De omstandigheden waren in die tijd nogal zwaar in de nieuwe polder en voorzieningen waren niet of nauwelijks aanwezig. In 1874 werd een herberg gebouwd die later bekend stond als “De Nieuwe Aanleg”. Deze werd gebouwd in opdracht van Michiel en gemetseld door Johannes de zoon van Michiel en is in 1875 gereed gekomen. Zoon Martinus, die getrouwd was met Keetje Logman , is als eerste exploitant daarin begonnen. Zij hadden 8 kinderen die al vroeg wees werden omdat beide ouders in 1878 aan tbc overleden. De kinderen kwamen deels in het weeshuis en deels bij familie terecht. Ook zijn enkele kinderen jong overleden.
Daarna is Michiel zelf in de herberg gaan wonen en is er een kruidenierszaak bij gekomen. In 1877 werd de katholieke kerk opgeleverd nadat er eerst gebruik is gemaakt van een noodkerk.
In die tijd kwamen de boeren zondags met paard en wagen naar de kerk en dronken zij na de mis een borreltje in de herberg en wisselden daar nieuws en wetenswaardigheden met elkaar uit, de vrouwen konden dan onderwijl de boodschappen doen. Later is Michiel ook nog begonnen om met de handkar de polder in te gaan om te venten met brood en levensmiddelen.

Wordt vervolgt.

http://www.chieldegraaf.nl


Ratten


Durperhonk

/

Groep 8 heeft op 20 en 21 april de eindtoets gemaakt. Het pakketje moest op de post, dus met z’n allen naar de Plus om hem af te geven! Nu nog wachten op de uitslag… 

We zijn met de hele school met het thema Dieren bezig geweest. Als afsluiting gingen we met de hele school naar de dierentuin.  We hebben met z’n allen genoten van deze leuke, leerzame en zonnige dag!

Groep 3-4-5

Groep 1-2


Rugediekies

Rugediekies zijn kleine tekst advertenties, ze zijn gratis voor adverteerders van Achter de Rügediek en kosten 5 euro voor privé personen.